04november2014

Illustrator Helen van Vliet

beantwoordt 7 vragen

helen van vliet

Omslagillustratie voor het boek 'Mol's hoop', uitgeverij De Vier Windstreken.

Beeldbalie geeft regelmatig het woord aan iemand die net zo enthousiast is over beeld als wij. Dit keer beantwoordt illustrator Helen van Vliet onze beeldvragen!

helen1. Vertel eens iets over jezelf. Waarom heb je gekozen voor dit vak?

Sinds 26 jaar werk ik als illustrator voor kinderboeken, tijdschriften, ontwerpbureaus en instellingen zoals het Erasmus MC en de gemeente Rotterdam. Zelf woon ik ook in Rotterdam, in Blijdorp.

 

Zodra ik iets met een potlood kon, ben ik gaan tekenen en dat vind ik het leukste wat er is. Na de Academie voor Beeldende Vorming wilde ik eerst liever kunstenaar zijn, wat best lukte, maar dat was wel ontzettend eenzaam. Het leek me leuker om met uitgevers te kletsen, met klanten en met kinderen op scholen. Daarom ben ik in 1988 begonnen als illustrator. Eerst ‘voor erbij’ maar ik vond het zo’n ingewikkeld vak dat ik al gauw niets anders meer deed dan illustreren. Alleen al het tekenen van een kindergezicht met de emotie erop die bij een bepaalde handeling past, kostte me uren. Over mijn eerste tekening in Popfoto (een inmiddels opgeheven tijdschrift) deed ik 36 uur, het was een portret van een meisje met een wapperende paardenstaart.

website

Bekijk hier de website van Helen van Vliet.

helen van vliet

Tekening gemaakt voor Viva bij een artikel over burn-out.

2. Hoe omschrijf je jouw stijl en techniek?

Mijn stijl wordt vaak omschreven als los en zwierig, haast schetsmatig. En kleurrijk. Met dat laatste ben ik blij, alleen moet ik oppassen dat mijn tekeningen niet al te los worden. Ik wil ook monumentale dingen maken die staan als een huis. Soms kan ik enge dingen, zoals een kind in een MRI-scanner, met een illustratie minder akelig maken. Ook voor het verbeelden van emoties, vaak bij artikelen over mensen die niet op de foto willen, word ik vaak gevraagd.

 

Ik werk met een vulpotlood met nero krijt (iets tussen houtskool en conté in) en met Oost-Indische inkt (voor de details). Met ecoline en krijt wordt de tekening ingekleurd.

Met het neropotlood, (verdunde) inkt, ecoline en krijt kun je zo werken dat het niet voor altijd is. Alles kan verdund worden, uitgegumd of weggewreven, dus ben je als tekenaar helemaal vrij om te proberen wat je wilt. Ik begin meestal gewoon en dan zie ik hoe het uitpakt. Ik scan mijn tekeningen in en bewerk ze op de computer. Digitaal kan ik van alles oplossen. Ik kan rare kleuren weer goed krijgen (soms vergeet ik om mijn kwast goed uit te spoelen), een vreemd hoofdje even vervangen en het allergrootste voordeel is: ik hoef niet meer één minuut voor de deadline naar het postkantoor te hollen. Ik mail mijn werk naar de klant.

helen van vliet

Tekening voor 'Hemel en Aarde' een methode voor levensbeschouwing.

3. Wat heb je zelf aan de muur hangen?

Op mijn atelier hangen muren vol originele tekeningen en prints van werk dat ik de afgelopen jaren heb gemaakt en dat een speciale betekenis heeft. Werk dat gemaakt is voor leuke opdrachtgevers, dat goed gelukt is of dat een startpunt is van iets dat ik nog wil maken. Als ik me een keer niet zo slagvaardig voel, kijk ik om me heen en denk ik: ‘kom op, eerder is het ook gelukt, waarom vandaag dan niet’? In de rest van ons huis hangt overal werk van andere kunstenaars. Schilderijen, foto’s en tekeningen. Van mij hangt er beneden (in de huiskamer en in de keuken) niets, je moet ergens in huis ook helemaal los van je werk kunnen zijn.

helen van vliet

Illustratie over burn-out gemaakt voor de Volkskrant.

4. Waarom is beeld volgens jou belangrijk?

Beeld is belangrijk omdat je daarmee iets kunt vertellen dat met woorden niet lukt, of waarvoor je heel veel woorden nodig hebt. Zoals de tekening hierboven, gemaakt voor de Volkskrant bij een artikel over burn-out. Daar kun je een hele pagina over volschrijven, maar met één blik op het portret dat ik erbij had gemaakt weet je al genoeg.

Het mooiste is het wanneer tekst en beeld elkaar aanvullen, zodat ze samen een nog sterker geheel vormen. Dat je als tekenaar niet alleen tekent wat er staat, maar dat je probeert om nog iets meer in de tekening te stoppen waardoor de kijker wordt verrast.

helen van vliet

Illustratie bij artikel over stiefgezinnen, voor kranten van de Persdienst.

5. Hoe ken je Beeldbalie?

Beeldbalie ken ik door een educatieve opdracht voor een Aardrijkskunde methode. De samenwerking beviel meteen prima, we konden over alles overleggen. En toen er een vervolg kwam mocht ik een onderwerp kiezen dat me heel leuk leek om te tekenen: illustrator zijn.

helen van vliet

Tekening voor 'De Lof der Geneeskunst', een symposium van het Erasmus MC.

6. Wat is het beste advies wat je ooit hebt gekregen?

Het beste advies wat ik ooit heb gekregen, is dat je gewoon een bak water over je aquarel moet gooien als dat nodig is en dat je nooit een extra mooi stukje van je tekening moet bewaren. Soms ben je over een bepaald gebied in je tekening helemaal tevreden maar werk je nog door aan de rest. Op het eind blijkt dan vaak het bewaarde lievelingsgebied het minst mooie te zijn. Ook moet je oppassen dat je de tekening niet dood maakt, dat betekent op tijd ophouden met ‘pielen’.

helen van vliet

Illustratie voor het boek 'Kom je op mijn feestje?' van Uitgeverij Menuet.

7. Wil je nog wat delen?

De laatste jaren ben ik ook begonnen met schrijven, ik wilde graag proberen om helemaal zelf een boek te maken. Dat is gelukt, ik heb een prentenboek gemaakt over verkeer (niet mijn lievelingsonderwerp, maar dat was de vraag van de uitgever) en 6 AVI boekjes. Ik schrijf altijd over dingen die echt zijn gebeurd. Over de vogels in de tuin, over Bella (onze hond) en Ruud (onze poes).

Op mijn website vind je naast mijn werk ook foto’s van Bella en Ruud en van mezelf als piepkleine tekenaar. Die zijn bedoeld voor kinderen die een boekverslag maken over de boeken waarin ik heb getekend.